Queentino Zinhagel prijst de randvoorwaarden bij De Meer: ‘Eendrachtiger De Meer is sterker dan ooit’

Queentino Zinhagel (25) kent ‘de klappen van de zweep’ in de kleedkamer. De Amsterdammer, die onder andere via De Spartaan en DWS bij de senioren van JOS Watergraafsmeer belandde. Na leerzame uitstapjes bij Pancratius (nu: SCPB’22) en RODA’23 heeft hij het voetbalgeluk bij De Meer gevonden. ,,We hebben met elkaar veel geïnvesteerd en de puzzelstukjes vallen op de juiste plek dit seizoen.”

Gevormd

De Meer degradeerde vorig seizoen roemloos uit de Eerste klasse en dat was voor Zinhagel even wennen. ,,Dat klopt wel. Ik had nog nooit een degradatie meegemaakt. Ik speelde meestal voor promoties. Het was zeker moeilijk, maar het is ook mooi dat we bij elkaar zijn gebleven. We hebben elkaar gesteund en we voelden ons gesteund. We zijn er uiteindelijk ook sterker uitgekomen. De trainer (Marciano Nonneman, red.) helpt ons en ook de assistent regelt alles voor ons. We zijn als groep gevormd en hecht geworden. Het kan na zo’n seizoen ook gebeuren dat iedereen weggaat, maar we zijn pal achter de trainers gaan staan en dat heeft goed uitgepakt. Voor iedereen.”

Geloof

De aanvaller, die centraal uit de voeten kan maar ook graag met zijn linkerbeen als rechterspits naar binnen snijdt, ziet dat de ‘koppen’ de juiste kant op staan. ,,We zijn er dit seizoen echt in gaan geloven. We zijn allereerst van wedstrijd naar wedstrijd gaan werken. We hebben nieuwe jongens erbij die jong en gretig zijn. Die willen graag spelen. Dat heeft ons completer gemaakt. Voor de belangrijke wedstrijd tegen ZSGOWMS was bij iedereen het gevoel van ‘erop of eronder’. We speelden gelijk, maar pakte wel daarmee de eerste periodetitel. Ik vond ons die wedstrijd niet heel sterk spelen. We speelden ons eigen spel niet en hebben onszelf in die wedstrijd moeten knokken. Ik zat er zelf ook niet erg lekker in. We hebben wel alles gegeven. Na afloop was het gevoel heerlijk, een enorme opluchting. We deden het met elkaar. Dat voelde zo goed; na alle investeringen met trainingen, de beelden kijken enzovoort. Een mooie beloning voor de spelersgroep, de staf en de club.”

Ook in de KNVB-districtsbeker gaat het voortvarend. ,,Zeker! Na de voorronde wonnen we van de nieuwe club in Amsterdam, Sportclub Urban, en versloegen wij eind november De Zouaven, die in de middenmoot staan van de Eerste klasse. We spelen in februari de derde ronde tegen stadsgenoot Arsenal, die uitkomen in de zaterdag tweede klasse. Het is best mooi dat we dit zo met elkaar allemaal neer kunnen zetten.”

Titelstrijd

Na een iets mindere fase – na het behalen van de periodetitel – doet De Meer nog altijd volop mee in de titelstrijd. Voor de winterstop werd gelijkgespeeld (1-1) tegen Sporting Martinus, dat aan kop gaat maar De Meer hijgt met twee punten achterstand in de nek. ,,Ik vond het wel teleurstellend dat we het tegen Martinus zo weggaven. We verloren eerder van Hooglanderveen. Dat was ook onnodig. Zonde, we hadden daar gewoon moeten winnen. Maar, we zijn niet in het negatieve gaan zitten. We hebben al een prima bijvangst te pakken in de vorm van een periodetitel. Het was jammer, maar onze trainers zijn juist opbeurend bezig met ons. We spreken vooralsnog geen doelstelling uit. We blijven het van week tot week bekijken. Natuurlijk, we willen meedoen met de top en punten blijven halen. Dat lijkt me evident.”

Met vijf doelpunten en een stuk of acht assists drukt Zinhagel een positief stempel op de goede resultaten. ,,Ik heb met de trainer afgesproken dat ik minimaal twaalf goals ga maken dit seizoen. Door een ingegroeide teennagel heb ik niet altijd op mijn top kunnen spelen. Het was een maand lang een beetje sukkelen. Gelukkig waren daar mijn teamgenoten die te hulp schoten, als het eens minder ging. Dat zijn van die belangrijke teamdingen, anderen die dan opstaan en hun dingen deden. Dat tekent een hecht team. Ook de randzaken zijn top geregeld bij De Meer. We hoeven het maar te vragen en het komt in orde. Dat is echt cruciaal voor het gevoel. Alles is goed, voor veel jongens is dat belangrijk om te zien dat de club er echt mee bezig is. We gaan dit jaar niet op trainingskamp, maar aan het einde van het seizoen maken we altijd leuke dingen mee. Het blijft een goed bewaard geheim, maar ook dat is iets om naar uit te kijken.”

Foto’s: Jos Spitteler

Tekst: Harold van Ineveld