Het Amsterdamsche Voetbal Doelgericht
Overbos is in de zaterdag derde klasse B nog geen wedstrijd weggespeeld, maar staat na vier duels wel zonder punten onderaan. De oorzaken zijn duidelijk voor trainer Maurice Kuijper, nu de oplossingen nog. “De spelers zijn er zelf ook doodziek van.”
Tegen IJmuiden (op het eerste kwartier na), United/DAVO en VVC kregen de Hoofddorpers voldoende kansen. Het totaal aantal doelpunten in die wedstrijden? Twee. Daar kwam de 2-4 nederlaag tegen DEM bij. Dat het niet meezit voor Overbos, is een understatement, weet ook Kuijper. “We hebben wel betere voetballers, maar als team zijn we nog niet gelukkig. Voetballend doen wij zeker niet onder voor de tegenstanders. We moeten er nu alleen iets harder voor werken dan ploegen die wel in een flow zitten.”
Eén zo’n ploeg die in een flow zit, is de aankomende tegenstander: het nog ongeslagen Koninklijke HFC. Kuijper kent een aantal spelers van zijn tijd bij het tweede elftal van de Haarlemmers. Er staat Overbos een pittige opgave te wachten bij de nummer twee van de ranglijst. “Zij hebben een goed voetballende ploeg met veel snelheid. Wij moeten proberen te durven te voetballen. Niet angstig gaat spelen, wat wel gebeurt.”
Hoewel de oefenmeester probeert het angstige eruit te halen bij zijn ploeg, valt het ergens ook te begrijpen. Vertrouwen is belangrijk en ook al speel je goed, dat wordt bepaald door het aantal punten dat je pakt. “Het gaat toch aan je zelfvertrouwen knagen. De spelers zijn er zelf ook doodziek van. Dat je de kansen niet afmaakt of door persoonlijke fouten doelpunten weggeeft. We zijn nog geen een keer weggespeeld, we zitten er dus dicht tegenaan. Het wordt gewoon een keer tijd dat het onze kant opvalt.”
Over de doelstelling – een ticket voor de nacompetitie – spreekt momenteel niemand in Hoofddorp. Dat heeft ook weinig zin als je puntloos onderaan staat. Die nacompetitieplek, voor promotie welteverstaan, is ver weg. “Laten wij eerst eens wedstrijden winnen en onze punten pakken, dan komt die doelstelling daarna wel.”
Archieffoto: Hans van Beek
