Het Amsterdamsche Voetbal Doelgericht
De Amsterdamse voetbalvereniging asv De Dijk viert deze week zijn honderdjarig bestaan. Samen met Cees ten Have, Hein Claver, Donovan Morée, Loek Wisman, Laurens Kat en Issam Eloussaidi bespreken we het rijke clubverleden van de voetbalvereniging. Dit is deel 4: een gesprek met Lid van Verdienste Cees ten Have.
Cees ten Have is zijn hele leven al aan de vereniging verbonden. Op jonge leeftijd raakte hij met RKVVA in aanraking, een club die ontstond na de fusie tussen IVCB en VVA. Nadat RKAVV in 1957 samenging met de turn- en handbalvereniging SVA en VDO en de tafeltennisvereniging KK, ontstond de naam RKSV Rood-Wit Amsterdam. “Alle jongens voetbalden in die tijd”, vertelt Ten Have, die vooral voor Rood-Wit A koos vanwege de geringe reisafstand. “Rood-Wit A lag bij mij in de buurt en mijn vrienden speelden daar. Het was een Rooms-Katholieke vereniging, waardoor je niet zomaar binnenkwam. In die tijd voetbalden hele gezinnen bij de club en kwamen namen als Reuser, Fafiani en Sijmons regelmatig voorbij.”
Ten Have groeide op een prettige manier bij de vereniging op en voetbalde vervolgens jarenlang op een prestatief niveau. Toen dat eenmaal was afgelopen, bleef hij de vereniging trouw. “Met de mensen waarmee ik vroeger op het veld stond, deel ik nog altijd prachtige verhalen. We vertellen elkaar dan ook met regelmaat over onze vroegere periode bij de vereniging. Uiteindelijk hebben we veel met elkaar gedeeld, waardoor we een mooie band met elkaar hebben.” Na de fusie tussen Rood-Wit A en Schellingwoude bleef hij zich inzetten voor asv De Dijk, zoals de club sinds 1999 heet. De Dijk benoemde hem deze eeuw zelfs tot lid van verdienste vanwege zijn werk en tomeloze inzet voor de vereniging.
Nog altijd draagt hij als teambegeleider van het eerste team zijn steentje bij aan De Dijk. Bovendien is hij normaliter op maandag op het complex te vinden voor onderhoud. “We ruimen dan altijd even op en drinken koffie met elkaar, waarbij we de vereniging bespreken en het over de wedstrijd van dat weekend hebben.” De spelers van het eerste team komen op donderdagavond na het trainen naar boven om aan de hechtheid van het team te werken. “Dan moeten de mobieltjes weg en maken we het gezellig met elkaar. Persoonlijk vind ik dat altijd heel belangrijk.” Ten Have heeft het kortom nog altijd gezellig bij zijn club en denkt voorlopig nog niet aan stoppen. “Zolang ik geen rollator heb, blijf ik me voor De Dijk inzetten. Het is heerlijk om met de club bezig te zijn en ik heb het nog altijd goed naar mijn zin.”
Tekst: Jordi Smit
