Robin Visser (NFC): “Bij ons leeft de derby meer dan bij RODA’23”

Robin Visser staat zondag voor de districtsbeker niet alleen tegenover zijn oude club RODA’23, maar treft ook een aantal goede vrienden. De 27-jarige spits acht zijn NFC zeker niet kansloos in Bovenkerk.

“In de jeugd heb ik met een aantal jongens samengespeeld. Met sommigen heb ik nog steeds goed contact”, vertelt Visser over zijn band met onder andere Daan Stevens, Sjoerd Heijnen en teammanager Pascal Zegwaard. “Onderling is er wel wat spanning voor zo een wedstrijd. De week voor de wedstrijd spreken we elkaar wel wat minder dan normaal.”

Op een paar uitstapjes naar Ajax en FC Volendam na, doorliep Visser de jeugd van RODA’23. Bij zijn terugkeer in het eerste elftal, met zijn vader Ruud Visser als trainer, stond hij drie seizoenen onder de lat. “Toen ik daarna weer in de spits ben gaan spelen, kwam ik op een zijspoor terecht. Ik besloot de overstap naar NFC te maken, waar mijn vader naartoe was gegaan. Het was erg fijn om met hem samen te werken en daarom heb ik ook voor NFC gekozen.” Aan de Sportlaan begint hij aan zijn derde seizoen.

Visser verwacht dat de derby – NFC en RODA’23 liggen op een kwartiertje lopen van elkaar – meer bij zijn ploeg leeft, dan in Bovenkerk. “Voor RODA’23 is de wedstrijd tegen NFC toch een andere soort derby dan tegen Sporting Martinus. RODA’23 heeft veel jonge spelers, wij hebben een iets oudere selectie. Veel van onze spelers zullen gewoon op de fiets naar Bovenkerk gaan.”

De spits denkt zondag met NFC een kans te maken tegen de derdeklasser. NFC moet winnen, RODA’23 heeft genoeg aan een punt om als groepswinnaar door te gaan in de beker. “Het kan nog alle kanten opgaan. Ik wil niet zeggen dat wij beter zijn, maar we zijn zeker niet kansloos. Ik schat de kansen op iets minder dan vijftig procent voor ons.”

Verslag: Roy Baltus
Foto boven: George Melchers