Het Amsterdamsche Voetbal Doelgericht
Voormalig Sporting Noord-speler Sylvester M. zal nog minimaal negentig dagen in hechtenis blijven. Dat is de uitkomst van de proforma zitting die vanmorgen werd gehouden in Amsterdam. M. wordt er van verdacht van onder ander doodslag op een OSV-supporter. M. was zelf ook aanwezig.
Geen gebrek aan publiciteit. Twee cameraploegen, een radiostation en diverse kranten waren aanwezig. Tevens was bijna het complete elftal van Sporting Noord, alsmede zijn voormalige trainer Rinus Loef op de zitting afgekomen.
Vooraf was duidelijk dat de zaak niet inhoudelijk behandeld zou worden maar dat er slechts een lezing gegeven zou worden van de stand van zaken. De aanklacht werd door de officier van justitie alsvolgt geformuleerd: ‘Doodslag; dan wel het opzettelijk toebrengen van zwaar lichamelijk letsel met de dood tot gevolg; mishandeling met de dood tot gevolg of althans zwaar lichamelijk letsel tot gevolg’.
Het uitgangspunt van Bram Moskowicz, de advocaat van M., was om de voorlopige hechtenis om te zetten in voorlopige invrijheidstelling tot aan de daadwerkelijke behandeling van de zaak. Daarnaast had hij de nodige verzoeken in verband met het onderzoek. Na ruim een half uur had hij zijn pleitnota afgerond. Zo had hij het ondermeer over de ‘karatetrap’ van Nigel de Jong tijdens de WK finale en de actie va Eric Cantona. Mosczkowicz: “Een ieder herinnert zich nog de karatetrap van Cantona als reactie op een supporter. Dat wordt al ludiek gezien, maar ik geloof niet dat een weldenkend mens dat als poging tot doodslag zou hebben willen kwalificeren”. Tijdens de schorsing va de zitting voegde hij daar lachend aan toe: “Jammer dat de voorzitter van de rechtbank een vrouw is. Ik hoop dat ze die beelden heeft gezien”.
De grootste vraag in dit proces is of de dood van het slachtoffer, de heer Retz, is ontstaan door de trap van M. Moszkowicz: “Er is mij nog veel onduidelijk in deze. Wat is er allemaal precies is gebeurd vanaf het voorval tot aan een het overlijden van de heer Retz een maand later. Er is nog geen gedegen onderzoek gedaan”.
Op de vraag wat er nou precies in het hoofd van Sylvester gebeurde tijdens het voorval blijft onduidelijk. Moszkowicz: “Dat heeft hij mij verteld maar dat vertel ik u niet. Dat is beroepsgeheim”. In zijn pleitnota zegt de advocaat: ‘Natuurlijk, er lijkt sprake te zijn geweest van een staat van zekere bewustzijnsvernauwing De suggestie van cocaïnegebruik werpt mij cliënt verre van zich af’.
Na dat de officier van justitie en Mosckowicz hun verhaal hadden gedaan kreeg M. zelf ook de kans om iets te zeggen. Sylvester: “Ik schaam me er vreselijk voor. Ik ken mezelf er niet in. Het spijt me verschrikkelijk”. Na deze woorden werd de zitting geschorst zodat de rechtbank zich over het verzoek van Moszkowicz kon buigen.
Na een half uur wendde de voorzitter van de rechtbank zich persoonlijk tot M: “Er is een hoop verdenking tegen u. Ernstige bezwaren zijn aanwezig. De reden dat u verdacht wordt van een ernstig strafbaar feit (waar 12 jaar gevangenisstraf op staat) is voor mij voldoende om u niet in voorlopige vrijheid te stellen. Dat is slecht te verkopen aan de buitenwereld. Wij gaan dus ook niet in op de schorsing van de gevangen neming”.
Een procesdatum waarin de zaak inhoudelijk behandeld zal worden is nog niet bekend. De verwachting is dat die over ongeveer drie maanden plaats zal vinden.
