Amsterdammer Tijjani Noslin naar Lazio Roma. Krijgen amateurverenigingen een opleidingsvergoeding?

Geef nooit op! Dat zal met grote letters boven iedere jongens- en meidenkamer kunnen hangen, als je tenminste (groot) droomt. Het levensverhaal en de moeilijke weg naar de top van Europa die Tijjani Noslin heeft afgelegd is zeker geen uitzondering. Naamgenoot Tijjani (Reijnders, red.) werd ooit bij FC Twente in de A1 (O19), ook een oude club van Noslin, te licht bevonden. De rest is inmiddels geschiedenis. Het kan, maar de zwerftocht langs (amateur)clubs is vaak erg lang én onzeker.

Noslin heeft ook een pittige weg moeten afleggen. Amsterdammer Noslin begon zijn loopbaan bij asv Arsenal en speelde vervolgens voor Buitenveldert en avv Swift, voordat hij het zuidelijke deel van de hoofdstad verliet. Via Fortuna Sittard en Hellas Verona, inmiddels 10 jaar later, en vele clubs verder, kon hij zijn internationale toptransfer bekend maken. Noslin verkast voor – naar verluidt – 15 miljoen naar Rome.

Opleidingsvergoeding in het (amateur)voetbal. Hoe zit dat precies?

De opleidingsvergoeding is een belangrijk aspect in het Nederlandse voetbal. Het is een financiële compensatie voor clubs die jonge spelers opleiden en helpt clubs om te investeren in hun jeugdopleidingen. Geldt dat in dit geval ook voor Arsenal, Buitenveldert en Swift? Een (amateur)club heeft recht op de opleidingsvergoeding als een speler die zij hebben opgeleid een eerste spelerscontract heeft gesloten met een club en dit spelerscontract is geregistreerd bij de KNVB, of is uitgekomen in vijf bindende wedstrijden van het eerste elftal van een betaald voetbalorganisatie.

Opleidingsvergoeding en solidariteitsbijdrage

De hoogte van de opleidingsvergoeding hangt af van een aantal factoren. De opleidingsperiode is maximaal negen jaar en loopt van de leeftijdsgrens voor JO11 tot en met de leeftijdsgrens voor JO19. Elk verenigingsjaar in deze periode telt als één opleidingsjaar. Betaald voetbalclubs betalen per opleidingsjaar een hoger bedrag (€1.609)* dan amateurclubs (€594)*. De opleidingsvergoeding wordt verdeeld over de clubs waar de speler tussen zijn 12e en 22e jaar heeft gespeeld. Fictief voorbeeld: Een speler speelt van zijn 13e tot zijn 18e jaar bij amateurclub AMVJ. Daarna tekent hij een spelerscontract bij betaald voetbalclub Ajax. Ajax moet dan de opleidingsvergoeding betalen aan AMVJ. De opleidingsperiode in dit geval is zes jaar (van 12 tot 18 jaar). AMVJ heeft dus recht op 6 x €594* = €3.564*.

Rechthebbend

Deze geldsommen zijn met name voor de (kleine) amateurverenigingen een welkome bron van inkomsten. Maar, dat de penningmeester automatisch deze inkomsten krijgt bijgeschreven is allerminst vanzelfsprekend. De FIFA en UEFA constateren al enige tijd dat deze vergoedingen niet altijd bij de rechthebbende clubs terechtkomen. Uit cijfers van de afgelopen jaren blijkt dat niet alle verenigingen de solidariteitsbijdrage uitgekeerd kregen, wat betekent dat de opleidende amateurvoetbalclubs veel geld kunnen mislopen. Voetbalclubs met een goede jeugdopleiding (visie, leerklimaat, kader, innovatie, kennis, samenwerking) (b)lijken zich ook lang niet altijd bewust te zijn hoe deze vergoeding, ten bate van de jeugdopleiding, kan komen.

*Bedragen kunnen anders zijn anno juli 2024.

Ook teamgenoot worden van het Amsterdamsche Voetbal? Lees snel verder

Blijf op de hoogte en volg ons via Facebook, Instagram en Twitter!