Voor De Meer stond bij de verlate hervatting van de competitie meteen een belangrijk duel op de planning. Het ging in Rotterdam op bezoek bij Antibarbari, een directe concurrent.
De Rotterdammers spelen op gras, iets wat De Meer niet meer gewend is. “Dat merkten we wel in het begin van de wedstrijd. Het was zoeken hoe we de bal konden rondspelen en we waren slordig. Antibarbari kon zo gevaarlijk worden door onze fouten”, zo zag Marciano Nonneman.
Beide ploegen kregen in de eerste helft een goede kans, die niet benut werd. De Meer kwam de eerste helft dus ongeschonden door en kon in de tweede helft het tij keren. “We hadden toen meer de bal, waren geduldiger en konden ons positiespel spelen.”
De Amsterdammers wisten bij de eerste goede mogelijkheid de score te openen. Een vrije trap werd breed gelegd op Chun Scholte, die na een goede actie Ayyoub Bouinin bereikte. Bouinin kon de bal binnen werken.
Daarna werd het wat meer een vechtwedstrijd, waarin Antibarbari koos voor lange ballen. Met een schot van Dino Janssen was De Meer nog dicht bij de 0-2, maar Tom Rijkens redde knap. Toen er acht minuten blessuretijd bij kwamen en Antibarbari bij een corner iedereen mee naar voren nam, was het nog even billenknijpen voor De Meer. Maar het liep goed af.
De Meer hield dus een concurrent op afstand en zag na afloop dat het verder ook goede zaken had gedaan. Omdat Sporting Martinus gelijkspeelde, gaat De Meer nu weer gedeeld met de Amstelveners aan kop.
Volgende week speelt De Meer een Amsterdam onderonsje met DCG, dat zondag won van Hooglanderveen.
Archieffoto: Jos Spitteler