De nieuwe maatregelen van het kabinet zijn bij de amateurclubs hard aangekomen. De komende drie weken blijven de kantines gesloten en zijn supporters langs de kant verboden, met uitzondering van jeugdwedstrijden waar ouders van uitspelende clubs wél aanwezig mogen zijn. De geluiden gaan daarom op om de komende drie weken de competities voor zowel de jeugd als senioren stil te leggen. Wij hielden een rondje langs de clubs, wat verschillende meningen opleverde.
Het bestuur van WV-HEDW zat maandagavond al bijeen om het over de nieuwe maatregelen te hebben. “Het lijkt me heel verstandig om tijdelijk te stoppen met voetballen”, zo steekt Ronald Nijsen van wal. De voorzitter van de club kan de genomen stappen niet helemaal met elkaar rijmen. “Ik snap dat er zaken moeten gebeuren, maar het beleid vind ik persoonlijk krom. Ouders van de thuisspelende clubs mogen nu niet meer langs de lijn staan, maar we mogen de kleedkamers nog wel gebruiken en douchen is toegestaan. Het besmettingsgevaar bij ouders langs de zijlijn is nihil als we de regels in acht nemen, terwijl je het juist binnen wel kan oplopen. Er wordt dus geen probleem opgelost door dit te verbieden. Uiteindelijk is het echter wat het is, en zullen we hiermee verder moeten.” De praktische consequenties zijn dermate vervelend dat het voor WV-HEDW weinig zin heeft om te spelen. “Mochten we toch doorspelen, dan gaan we dat uiteraard als club regelen voor onze leden. Maar als het aan mij ligt, zeggen we: neem je verlies en kijk het drie weken aan. We blijven doorgaan met trainen, maar de wedstrijden het liefst even niet.”
Joop Vlug, voorzitter van JOS Watergraafsmeer, heeft gedeeltelijk dezelfde mening als Nijsen. “Het is op zich een goed idee om tijdelijk te stoppen. Alleen we krijgen de komende maanden ook nog ongetwijfeld een derde en vierde golf. Hoe vaak moeten we de competitie dan stilleggen? Ik heb al op voorhand gezegd: als wij doordeweeks met het eerste elftal naar Limburg moeten om een duel in te halen, dan hebben we een probleem. Dan moet je om 13:00 uur ’s middags weg en ben je ’s nachts pas thuis. Het heeft aan de andere kant weinig zin om door te spelen, want je bent als club alleen maar zaken in de gaten aan het houden. Meer kan je niet.” Ook Loek Wisman, bestuurder van De Dijk, twijfelt over de ruimte in de speelkalender. “De vraag is wat de gevolgen daarvan zijn. Bij het zien van de persconferentie kun je natuurlijk de vraag stellen of het wel bij deze drie weken blijft. Ik schat momenteel in dat de kans groter is dat het langer gaat duren. Wanneer het stilleggen van de competities slechts voor drie weken zou zijn, waarna je zeker weet dat je er vanaf bent, dan zou je daarover kunnen denken.”
Dan komt ook nog het praktische gedeelte om de hoek kijken. “We moeten met de nieuwe regels gaan handhaven langs de lijn, alleen wij beschikken over een sportpark met vijf ingangen”, vertelt Nijsen. “Bovendien mogen ouders van thuisspelende clubs niet, maar die van uitspelende clubs wél langs de kant staan bij jeugdwedstrijden. Hoe ga je onderscheid maken tussen die groepen? Wat is daarnaast de lol van het amateurvoetbal zonder iemand langs de lijn, bijvoorbeeld bij het eerste elftal? Ook missen we als vereniging kantine-inkomsten, terwijl de wedstrijden wél worden afgewerkt. Tot slot zien we steeds meer besmettingen binnen clubs, waardoor wedstrijden niet meer worden gespeeld. Wanneer mag je daarom wel of niet spelen? Ik snap kortom het argument ‘zolang je kan, moet je blijven sporten’, maar onder deze voorwaarden wordt dat lastig.” Dat ziet ook Vlug: “Het zorgt bij ons voor een flinke inkomstenderving. Direct rijst bij ons de vraag hoe we dit pakket aan maatregelen binnen de vereniging gaan handhaven en regelen. Ik snap het vanuit overheidsredenen zeker en ben het ermee eens dat het gebeurt, maar voor de club is dit zeer vervelend.”
Wisman hoopt persoonlijk dat het voetbal zolang mogelijk blijft doorgaan. “Het sluiten van de kantine is voor elke club een flinke tegenslag. Voor een paar weken is dat leed nog wel te overzien, maar als het maanden gaat duren wordt dat een ander verhaal. We merkten na de lockdown in de totale vereniging echter dat iedereen het wel weer erg fijn vond om weer lekker te kunnen sporten. We zijn als vereniging primair op de wereld om te zorgen dat iedereen zijn sport kan uitoefenen. Zolang je dat met redelijk conditie binnen de marges van het veiligheidsbeleid kunt doen, dan heb ik persoonlijk de neiging om te blijven voetballen en sporten. We hebben lang genoeg met z’n allen binnen gezeten.”
Tekst: Jordi Smit
Foto: Mario Wormhoudt