In navolging van Bud Water maakt ook Oliver Rifai de overstap van Zandvoort naar HBOK. De 25-jarige centrale verdediger wordt bovendien in Zunderdorp herenigd met doelman Joey Potveer, die hij nog kent uit de jeugd van AZ.
Op het moment dat Water zijn keuze voor HBOK aan zijn jeugdvriend Rifai uitlegde, probeerde hij hem gelijk te polsen. “Hij vroeg of ik ook interesse zou hebben. Daar stond ik wel voor open. Je kan dus stellen dat zijn invloed heel groot is geweest”, zegt de verdediger. “Ik begreep dat Bud mijn naam had genoemd omdat HBOK nog naar een centrale verdediger zochten. Ze bleken meerdere wedstrijden van mij te hebben bekeken, zonder dat ik het wist. Ze waren zeer tevreden.”
Rifai speelde op twaalfjarige leeftijd in een jeugdteam van de KNVB samen met Water. Hij bleef opvallen bij de voetbalbond, want als talent van AZ kwam hij zelfs tot enkele jeugdinterlands in Oranje Onder-16 en Onder-17. Uiteindelijk haalde Rifai bij Telstar het profvoetbal en heeft 67 wedstrijden in de Eerste Divisie achter zijn naam. “In mijn laatste jaar zat ik op een zijspoor en ik had verder geen diploma’s, dus ik maakte mij lichtelijk zorgen over mijn maatschappelijke carrière. Toen koos ik voor een opleiding tot facilitair leidinggevende, in combinatie met voetballen in de Topklasse.”
De verdediger droeg twee seizoenen het shirt van FC Lisse, waar hij uiteindelijk vanwege een andere speelwijze niet meer in de plannen voorkwam. Na een jaartje Rijnvogels (“uitstekend naar mijn zin, maar de reistijd werd te lang”) stelden zijn vrienden voor een flinke stap terug te doen naar Zandvoort. “Het is een hartstikke gezellig team. Het is alleen jammer dat we niet alles eruit hebben kunnen halen. We kunnen te vaak niet met de juiste opstelling spelen vanwege blessures of weekendjes weg. Dan ga je toch denken: ik heb jaren op hoog niveau gespeeld en wil wel presteren.”
In Zunderdorp vindt hij die prestatiedrang terug. Na het kampioenschap in de derde klasse wordt door de club aan een selectie gewerkt om ook volgend seizoen een rol van betekenis te kunnen spelen. “Daar wil ik graag mijn steentje aan bijdragen.”
Foto: Joop van Nes