Edwin Keizer heeft zijn contract bij IVV met een jaar verlengd. De hoofdtrainer, die in Landsmeer bezig is aan zijn eerste seizoen, heeft het goed naar zijn zin bij de club en ziet dan ook geen reden om te vertrekken.
De zondagselectie begon uitstekend aan de competitie met overwinningen op De Kennemers (1-2), West Frisia (3-1), JVC (0-1) en Spartanen (5-0). De club staat dan ook fier bovenaan in de tweede klasse. Desondanks heeft Keizer het gevoel dat hij pas net bij de vereniging is begonnen. “Zo moesten we de laatste twee wedstrijden zonder publiek voetballen, waardoor je een totaal andere sfeer krijgt”, stelt Keizer over zijn succesvolle start. “We zagen op dat moment onze vaste supporters niet meer. Dat is heel anders dan normaal, want dan is het beregezellig in de kantine. Gelukkig heb ik dat in de voorbereiding een beetje meegekregen. Die kantinesfeer smaakt absoluut naar meer.” De trainer ging deze maand met het bestuur om de tafel zitten, al onderhoudt hij nauw contact met voorzitter Denis Brouwer. “Hij is heel betrokken. Onze ambitie is om naar de eerste klasse te gaan. Daar willen we voor gaan.”
Met de huidige competitiestart in het achterhoofd lijkt IVV klaar voor een stap hogerop. “Ik ben een coach die het maximale uit de groep wil persen. In deze competitie zie je nu al dat we voor de bovenste plaatsen strijden. Dat komt mede door de sterke spelersgroep, die dezelfde ambitie heeft als de club. We zijn dan ook goed op weg om dat doel te bereiken.” Vooralsnog ligt de competitie echter stil vanwege het coronavirus. Keizer hoopt in april weer aan de competitie te beginnen. “Dan kunnen we de eerste competitiehelft uitspelen. Als dat niet kan, dan moeten we het daarmee doen. In dat geval moeten we volgend jaar een zo’n goed mogelijke groep neerzetten. Hopelijk kunnen we dan in het voorjaar een paar maanden regionaal onze wedstrijden spelen.” De trainer heeft het te doen met de échte clubmensen. “Die missen het voetbal zo ontzettend: het is hun leven. Dan is het extra pijnlijk om het zolang zonder je club te moeten stellen. Maar hopelijk zien we elkaar allemaal snel weer.”
Tekst: Jordi Smit
Foto: Annelies Schreuder