FC Weesp en Maykel Tak nemen na het seizoen afscheid van elkaar. De hoofdtrainer, die in de zomer van 2019 het stokje overnam van René van Vark, ziet onvoldoende perspectief meer om zijn contract te verlengen.
Tak is bezig aan zijn tweede seizoen als trainer van FC Weesp. Nadat hij een eerste seizoen vol tegenslagen meemaakte, kwam de club met het nieuwe bestuur in rustiger vaarwater. “Het bestuur werkt hard aan de toekomst van de club”, vertelt Tak. “Als ik echter eerlijk naar mezelf ben, dan pas ik niet in het plaatje voor de langere termijn. Waar de huidige selectie tweede klasse-waardig is, lijkt dit met de toekomstige plannen voor de korte termijn niet structureel mogelijk. Weesp wil de jeugdopleiding graag nieuw elan geven en proberen om de jeugdspelers te laten doorstromen. Daarvoor hebben ze wat mij betreft een andere trainer nodig.” De oefenmeester heeft juist de ambitie om in de tweede klasse óf top van de derde klasse te trainen. “In de coronaperiode keek ik terug: hoe gaat het, wat heb ik zelf voor elkaar gekregen en wat kunnen we als club nog doen? Mijn conclusie is dat er te weinig ruimte is voor verbetering.”
De trainer is tevreden is met de spelersgroep die hij dit seizoen tot zijn beschikking heeft. Hoewel zijn team tijdens de eerste drie competitiewedstrijden tegen een nederlaag aanliep, weet hij dat de spelers goed genoeg zijn voor de tweede klasse. “Het voetbal was in die wedstrijden niet slecht, maar het lukte ons nog niet om het niveau de hele wedstrijd aan te houden. Ten opzichte van het eerste jaar is het niveau echter behoorlijk verbeterd.” Volgens Tak is de huidige selectie goed genoeg voor de middenmoot. “De vraag is echter of we deze selectie komende zomer bij elkaar kunnen houden. Als we degraderen, wordt dat zeker lastig.” Tak, die op zaterdag trainer is van Hercules, staat komend seizoen open voor een nieuwe club. “Hercules zal ik ook na de zomer blijven doen, maar op zondag vind ik het alleen maar leuk om verder te bouwen. Mocht een vereniging een goed verhaal en plan hebben, dan luister ik daar graag naar.”
Tekst: Jordi Smit
Foto: Mario Wormhoudt