Het leek op voorhand een onmogelijke missie voor OFC om de tweede ronde van KNVB-beker te bereiken. De hekkensluiter van de Tweede Divisie kreeg bezoek van Sparta Rotterdam, de nummer zes van de Eredivisie.
Een paar weken eerder was de belofteploeg van Sparta nog een maatje te groot geweest in de Tweede Divisie, dat duel eindigde in 6-0. Vooraf was het dus vooral hopen dat de Oostzaners de schade konden beperken. Maar voor zo’n 1.500 man op het terrein van Purmersteijn in Purmerend bleef OFC verrassend lang op de been.
Al vroeg kreeg OFC wel de 0-1 tegen. Jason Eyenga, die een paar weken geleden namens Jong Sparta een hattrick maakte tegen OFC, opende de score vanaf de rand van het strafschopgebied. Maar OFC rechtte de rug en wist halverwege de eerste helft zelfs op gelijke hoogte te komen. Nadat Fouad Belarbi een duw in de rug kreeg, ging de bal op de stip. Niels Butter bleef koel en maakte van elf meter de 1-1. Voor rust kregen de Oostzaners zelfs een kans om op voorsprong te komen, maar Max Veerman stuitte op de Rotterdamse goalie.
Na rust nam de druk van Sparta toe, maar het duurde lang voordat er gescoord werd. OFC droomde stiekem wellicht al van een verlenging toen het een minuut of acht voor tijd mis ging. Een breedtepass van Victor van der Linde was niet goed, waardoor Sparta kon overnemen en via Tobias Lauritsen op 1-2 kwam. Hij kopte even later ook de 1-3 binnen.
Daarmee zat het bekeravontuur van OFC erop, maar heeft het hopelijk vertrouwen opgedaan richting het vervolg van de competitie.