Het Amsterdamsche Voetbal Doelgericht
AFC gooit, met zowel de jeugdopleiding als de seniorenteams, al jaren hoge ogen in het mannenvoetbal. Daley Blind, Justin Kluivert en Ridgeciano Haps speelden allen in de jeugdopleiding en daarnaast mocht AFC zich in 2019 de beste amateurclub van Nederland noemen. Het meiden-en vrouwenvoetbal komt in deze historie nog weinig voor, maar Robina Buffing, coördinator meidenvoetbal en speelster van het eerste elftal, heeft er alle vertrouwen in dat dit in de toekomst anders zal zijn.
Belangrijkste doelen
De Amsterdamse club heeft de afgelopen vijf jaar de nodige energie in de groei van het meiden-en vrouwenvoetbal gestopt. Deze inspanning heeft inmiddels geresulteerd in drie selectieteams voor meiden, waarvan het doel duidelijk is. Zo vertelt Buffing: “We willen deze selectieteams op het hoogst haalbare niveau laten spelen. Dit seizoen zijn we daarom begonnen met de mogelijkheid om in jongenscompetities te spelen, want de selectieteams waren het niveau van de meidenhoofdklasse ontstegen.”
Een ander belangrijk doel is het verlagen van de instroomleeftijd van de meiden. Volgens Buffing stromen momenteel de jongens veel eerder in dan de meiden: “Jongens komen meestal al op zo’n vijfjarige leeftijd op de club, maar bij meiden ligt dit een stuk hoger, namelijk rond een jaar of tien. Daardoor hebben de meiden eigenlijk een achterstand en dus vinden we het belangrijk die leeftijd te verlagen.”
Promotie binnen de eigen club is volgens Buffing de makkelijkste manier om dit te bereiken. “Veel jongens hebben wel een zusje, nichtje of buurmeisje en het zou tof zijn als die daardoor enthousiast worden gemaakt. Mocht dat gelukt zijn, krijgen de kinderen met een training op woensdag en interne wedstrijden in het weekend meteen een leuk programma voorgeschoteld”, aldus de speelster van het eerste vrouwenelftal.
Perspectief
Al deze doelen moeten bijdragen aan het groeiende niveau van het eerste vrouwenelftal. Het plan met het elftal, dat afgelopen seizoen werd opgericht, is duidelijk. “We willen elk jaar promoveren, zodat we binnen zo’n vijf jaar minimaal in de hoofdklasse spelen. Dit is belangrijk, omdat we op die manier iets voor de jeugd hebben om naar toe te werken. Een deel van onze jeugd speelt bijvoorbeeld nu in de hoofdklasse en het zou zonde zijn als zij in de senioren op een lager niveau moeten spelen.”
Het kampioenschap en dus de promotie bleek volgens Buffing in dit eerste jaar ook meteen een haalbaar doel, maar na het stopzetten van de competitie zal deze promotie moeten wachten tot volgend jaar. Toch is Buffing blij met de ontwikkeling van het vrouwenelftal: “De jeugd heeft, ondanks dat we nog naar de hoofdklasse toe moeten groeien, met het eerste elftal echt iets om naar uit te kijken. In het algemeen hebben de meiden tegenwoordig enorm mooie vooruitzichten, daarbij denk ik bijvoorbeeld aan de Eredivisie voor vrouwen. In mijn tijd als jonge voetbalster ontbrak dat vooruitzicht en het is goed om te zien dat dit nu beter is. Aan de andere kant had ik het voordeel dat ik in mijn tijd een van de weinige voetballende meiden was, waardoor ik zonder issue tot 15-jarige leeftijd bij de jongens mee kon doen.”
Tekst: Mitch Marinus
