Het Amsterdamsche Voetbal Doelgericht
Zijn droom om in het betaald voetbal te spelen, heeft Xavier Netteb even geparkeerd. De 20-jarige middenvelder van JOS/ Watergraafsmeer deed afgelopen zomer een stap terug. “Ik heb de afgelopen jaren veel last van blessures gehad”, vertelt Netteb, die afgelopen zondag (1-1 tegen De Meern) op een verrassende positie stond.
“Ik speelde tijdens het duel met De Meern als centrumverdediger”, vervolgt Netteb. “Dat ging goed. Op donderdag wist ik zeker dat ik kon voetballen. Het was spannend, omdat ik last van een kwetsuur had. Normaal sta ik op het middenveld.”
Netteb speelde vorig seizoen voor Almere City FC, maar bij de club uit de Jupiler League kwam hij vanwege blessureleed nauwelijks aan spelen toe. “Via mijn vader ben ik bij JOS beland. Mijn aandeel in de uitstekende prestaties van Jong Almere City was summier. Ik had constant last van blessures. Daardoor kon ik vorig jaar maar twintig minuten in actie komen.” Het tweede team van Almere City FC werd in het seizoen 2014-2015 achtste van Nederland.
Netteb speelde in de jeugd van Zeeburgia. “Toen ik in de A1 van Zeeburgia speelde, werd ik gescout voor Almere City FC A1. Het eerste seizoen liep voortvarend, maar daarna kreeg ik weer last van mijn kruisband, die zwak is. Dat komt doordat ik in de jeugd mijn voorste kruisband heb gescheurd”, legt de talentvolle voetballer uit. “Dit jaar gaat dat beter, maar ik merk dat ik moet oppassen.”
Tijdens de ontmoeting met De Meern viel vooral op dat Netteb makkelijk voetbalt. “Hij valt zeker op. Hij kan enorm goed voetballen, hij deed het in het centrum uitstekend. Tijdens het duel met De Meern gaf hij maar twee kansen weg. Voor ons is het van belang dat we zijn lichaam leren kennen”, aldus JOS-trainer Sander Middelbeek.
Netteb is content met de woorden van de trainer. “Ik ben blij met het vertrouwen van de trainer. Ik hoop dat ik fit blijf en dat we met Jos zo hoog mogelijk eindigen. Daarnaast zou het mooi zijn als ik in de toekomst weer een stap omhoog kan zetten. Misschien lukt dat wel met JOS.”
Foto’s Martin van Zurk
