De gemeente Amsterdam heeft 5,5 miljoen euro gereserveerd om in 2018 zo’n twintig procent van de rubberkunstgrasvelden te vervangen met een natuurlijke vulling (kurk). Dat schrijft burgemeester Eberhard van der Laan in een brief aan de gemeenteraad.
De Partij van de Dieren had het college van B&W vragen gesteld over de huidige status van de kunstgrasvelden in Amsterdam. In de begroting van 2018 is voldoende ruimte gemaakt om te beginnen met het vervangen van deze rubbervelden. Deze vragen kwamen vlak nadat de Europese Commissie had aangegeven dat er strengere normen komen voor het gebruik van rubberkorrels en dat het gehalte van de kankerverwekkende stoffen teruggebracht moet worden tot onder een absoluut veilige grens.
De kunstgrasvelden zullen gefaseerd via een vast vervangingsschema worden vervangen, zo geeft de gemeente aan. De reden hiervan is de lange levensduur (tien tot twaalf jaar) van de kunstgrasvelden. Volgens het RIVM zijn er immers geen schadelijke gevolgen voor de gezondheid bij het sporten.
In november 2016 werd al aangekondigd dat er geen kunstgrasvelden met rubber meer zouden komen. Wethouder Eric van der Burg voorspelde in het eindejaarsinterview dat alle kunstgrasvelden over tien jaar vernieuwd zijn. Met dit besluit heeft de gemeente daar de eerste stap in gezet.