Het eerder gestaakte duel tegen DEM van begin oktober werd woensdagavond uitgespeeld. JOS werd van alle ‘blaam’ gezuiverd door de KNVB en dus kon de wedstrijd gewoon worden uitgespeeld. Op een fris sportpark Driebrug werd de wedstrijd gestart met een 0-0, zoals deze eerder halverwege tot een voorlopig einde kwam. Het duel eindigde woensdagavond in 1-1.
En dus zag Cor ten Bosch dat het goed was, omdat DEM opgelegde kansen kreeg voor een gestolen zege. De gasten pompen na de 1-0 achterstand alles naar voren, het leverde de gelijkmaker op 1-1 en bijna diep in de blessure tijd nog een zege.
Beide teams starten zoals verwacht vol gas. Hoewel JOS er nog even in moest komen, kreeg het via Malcolm Esajas en Boris Santen mogelijkheden op scoren. JOS mocht halverwege de handen omhoog steken toen Raymond Fafiani achter de bal plaatsnam en panklaar Max Versteeg wist te bedienen. Met een rake kopbal zette hij JOS op voorsprong: 1-0. Met de fitheid die beide teams hadden ging DEM alles of niets spelen in de ‘laatste fase’. JOS speelde het niet al te slim uit, teveel naar achterlopen en DEM ging logischerwijze opportuun spelen. Thom de Vries was namens DEM dichtbij, Bas Schol wist met een knappe redding een doelpunt te voorkomen. De kansen regen zich aaneen voor DEM, JOS kwam meer en meer in de verdrukking.
Na enkele kansen gemist te hebben, mocht Thom de Vries uiteindelijk toch nog de gelijkmaker inschieten. Opnieuw in de allerlaatste fase moest JOS een doelpunt toelaten. Bas Schol wist de bal uit een laatste corner half weg te boksen, de JOS doelman had beter kunnen kiezen om voor save te gaan. Uit die ontstane kluts wist DEM langzij te komen.
Cor ten Bosch: “Het is jammer dat we deze niet over te streep trekken. Het gebeurd ons wel vaker de laatste weken. We liepen veel te veel naar achteren de laatste fase. Dat is toch iets wat in het hoofd zit, als je halverwege op 1-0 komt en nog weinig hebt te spelen. DEM gaat opportuun spelen. Wij hadden de wedstrijd dood moeten maken. Ik miste de slimmigheidjes. De jongens hebben weer hun stinkende best gedaan, dat doen ze altijd.”