De Amsterdamse voetbalvereniging De Volewijckers vierde op zondag 1 november zijn honderdjarig bestaan. Samen met Michele Chiavazzo, Kim van der Bijl, Rosa Sterlin, Ferry Waalberg, Andries Jonker en Co Adriaanse bespreken we het rijke clubverleden van de voetbalvereniging. Dit is deel 6: een gesprek met adviseur Co Adriaanse.
De eerste herinneringen van Co Adriaanse aan De Volewijckers gaan terug naar eind jaren ’50. Het zijn de gloriejaren van de Amsterdamse vereniging, wanneer het team met spelers als Frits Kick, Kees Kick, Frits Soetekouw, Piet Boogaard en Henk Looijen toegroeit naar een promotie naar de Eredivisie. Adriaanse voetbalde destijds als klein jongetje bij HRVC. “Ik woonde toen in de Spaarndammerbuurt, die bekend stond als een DWS-buurt. Zélf was ik echter voor De Volewijckers. Elke thuiswedstrijd keek ik vanuit het dakkapel van mijn oom en tante naar het eerste elftal. Daar hadden we een fantastisch uitzicht, ter hoogte van de middellijn. Voor mij is op die plek de liefde voor De Volewijckers ontstaan.” Op zijn veertiende speelde Adriaanse bij De Volewijckers een testwedstrijd, waarna de club hem toeliet tot de jeugdopleiding. “We voetbalden met de jeugdspelers op de Buikslotermeer, waar ik altijd veel plezier had. Op mijn zestiende kwam ik bij de KNVB-junioren, wat betaalde jeugd was. Al betekende dat zeker niet dat we contracten hadden.” Vanuit dat team debuteerde Adriaanse in het eerste elftal van de club. “Toen was net de verhuizing naar de Buiksloterbanne afgerond, waardoor ik helaas nooit op het Mosveld heb mogen spelen.”
De Volewijckers moest in 1964 verplicht verhuizen naar een sportcomplex verderop in Amsterdam Noord, vanwege het aanleggen van een aansluitweg vanaf de IJtunnel. Daardoor verloor de club al snel de binding met de oude wijk. “Mosveld was gezellig in een woonwijk, midden in Noord. De Banne was een voetbalveld met een houten kantine en zit- en staantribunes, wat open en winderig was. Daarnaast gingen de prestaties al snel minder.” Adriaanse speelde uiteindelijk 6 jaar lang bij De Volewijckers, waarna hij in 1970 de overstap maakte naar FC Utrecht. Hij hield in de jaren erna echter altijd contact met de mensen binnen de vereniging. “Als het kon ging ik kijken, al was dat vaak lastig. Vroeger speelden we elke wedstrijd in de Eredivisie en Eerste Divisie op zondagmiddag 14.00 uur, waardoor De Volewijckers en FC Utrecht vaak tegelijkertijd speelden. Desondanks stond ik als het mogelijk was langs de kant om naar een aantal vrienden te kijken, die bij het eerste amateurteam speelden. Dan was het altijd gezellig.”
Vele jaren later is Adriaanse als adviseur terug bij De Volewijckers. Samen met Andries Jonker bemoeide hij zich onder meer met de samenstelling van het nieuwe bestuur. “Ons doel was om een goed actief bestuur te vinden, dat individueel goed met elkaar kan samenwerken. Vervolgens hebben Andries en ik afzonderlijk met mensen gesproken, waarna we tot de conclusie kwamen dat het verstandig was om twee voorzitters te benoemen. Dat functioneert fantastisch, want de club is enorm gegroeid.” Adriaanse vond het vooropstaand belangrijk dat de oude normen en waarden van De Volewijckers weer terugkeerden. “De doelstelling was om een gezonde club te worden, inclusief een uitstekende opleiding en goede trainers. Daarbij moet sportiviteit en saamhorigheid voorop staan. Bovendien moeten we altijd uitgaan van technisch, aantrekkelijk voetbal in een 4-3-3 systeem.” Dat normen en waarden bij De Volewijckers tegenwoordig weer hoog in het vaandel staan, blijkt wel uit het shirt van de club. “Andries werkte vroeger bij Bayern München, dat ‘Wir sind die Bayern’ in zijn kraag heeft staan. Daarom staat in onze kraag ‘Wij zijn De Volewijckers’. Zo hopen we de ingezette, stijgende lijn de komende jaren door te zetten.”
Tekst: Jordi Smit
Andries Jonker trots op De Volewijckers: “Daar moest ik ook voetballen”