Cor ten Bosch, opgegroeid in de Staatsliedenbuurt, werd een veel bekendere (Amsterdamse) voetbaltrainer, in zijn ‘hoogtijdagen’ bij FC Türkiyemspor en AFC. ,,Ik heb het echt overal leuk gehad, maar ook wel eens een minder jaar gekend hoor”, was Ten Bosch vaak openhartig. Na veertig jaar gaat de trainersjas ‘eventjes’ de kast in. Met JOS/Watergraafsmeer, zijn voorlopig laatste club, staat Ten Bosch aan de vooravond van de nacompetitie voor promotie naar de Derde divisie. ,,Ik ben bijna overal met een prijs vertrokken, dat heb ik mijn spelers bij JOS ook verteld. We gaan zien waar het avontuur eindigt. Staphorst, onze komende tegenstander, is een relatief onbekende voor ons.”
In het eerste deel (klik hier) doken we in het voetbalverleden van Ten Bosch en het begin van zijn trainersloopbaan. Met zijn typische kwinkslagen, Amsterdamse directheid en humor werd de trainer-coach een veelgevraagd vakman in trainersland, voornamelijk in en rondom Amsterdam. In deel twee blikken we terug op zijn jaren bij DWS, EDO, AFC en Nijenrodes.
ADO’20
Ondanks de successen in zijn eerste jaar met een kampioenschap als beloning, moest Ten Bosch zijn plekje afstaan aan Simon ‘De Kist’ Kistenmaker bij Türkiyemspor. ,,Direct nadat Türkiyemspor het contract verbrak, belde competitie-genoot ADO’20. Zij wilden graag komen praten met me. Het bestuur van ADO’20 had gehoord dat het bij één seizoen zou blijven, ondanks mijn tweejarig contract. Ik had een prima gesprek met de vertegenwoordigers van ADO’20 en daarna nog met de spelersgroep. Het ging met de spelers onder andere over of ik bezwaar had tegen zaalvoetbal. We zaten aardig op één lijn. De andere kandidaat was ex-ajacied Rob Witsche. Ik kon niet direct ‘ja’ zeggen tegen ADO’20, omdat ik eerst de lopende zaken met Türkiyemspor moest afhandelen en voorzitter Imaç in het buitenland zat. Ik wilde die afspraak niet eenzijdig teniet doen. ADO’20 koos voor Witsche. It’s all-in the game.”
Knokpartijtjes in Haarlem
Na een paar maanden vrij stond DWS op de stoep. ,,De vraag die werd gesteld; of ik het tijdelijk wilde overnemen, voor een paar maandjes? Ik heb met heel veel plezier – en niet zonder succes – DWS voor een korte periode mogen trainen en coachen. In die tijd was DWS ook een topamateur op goed niveau. EDO uit Haarlem werd mijn eerste club als trainer buiten Amsterdam. Een oud-familielid had daar ooit gespeeld, ik voelde wel enige binding. Ik ben daar twee seizoenen gebleven. Het eerste jaar was vrij heftig. Ik moest zelf op zoek naar spelers, EDO had weinig spelers en de mensen binnen de club geen goed netwerk. Haarlem en omstreken wilde vooral vechtvoetbal, dat werd daar goed gepruimd. Ik hield van het Amsterdamse voetbal, soms een beetje pielen en frivoler. Ik had relatief veel goede jongens meegenomen; de broers Rosco en Kyero Viereck, Hursut Meric, Donovan Mijnals en nog wat meer prima voetballers. Het klikte helaas niet tussen de Haarlemmers en Amsterdammers, ik kreeg dat niet goed het eerste seizoen. Het tweede jaar was compleet anders. Ik heb daar weer geweldige dingen meegemaakt. Toen die tijd was EDO verreweg de beste ploeg van Haarlem en omstreken, we hadden succes. Op zondagen speelden we de (thuis)wedstrijden. En op gras, dat was heel gebruikelijk. Bij afgelastingen werden er klaverjastoernooien georganiseerd. Omdat ‘Pietje’ soms niet met ‘Jantje’ kon, ontstond er met enige regelmaat een onderling knokpartijtje in de kantine. Altijd reuring bij de club, haha. Bij de laatste uitwedstrijd werden we kampioen. De bus werd groots onthaald in Haarlem, grandioos. De kantine stond inmiddels stampvol, hutje mutje. De spelers moesten op de tafels. Een echte eenheid. Prachtig!”
Baan kwijt
Tijs Schipper, trainer coach bij DWS, vertrok na twee seizoenen, zonder promotie, naar Marken. ,,Ik raakte mijn baan kwijt en de voorzitter van DWS hing aan de lijn. Ik had genoeg tijd over en kon bij DWS zowel het eerste doen op zondag, als de A1-jeugd op zaterdag. Ik gaf trainingen op dinsdag en donderdag; eerst de jeugd en daarna het eerste elftal. DWS werd kampioen en promoveerde eindelijk naar de Hoofdklasse, toen het hoogste niveau op zondag. Ook de A1-jeugd draaide lekker. Ik bleek vrij duur te zijn voor de club. Ik moest de A1 daarom laten varen. Ik zocht een alternatief erbij en dat werd Nijenrodes (inmiddels FC Breukelen, red.), maar dat vond ik achteraf erg zwaar. Ik was één dag in de week echt vrij, de andere dagen stond ik op het trainingsveld of was wedstrijden aan het coachen in het weekend. Ik vond in Nijenrodes een ontzettend warm nest, jammer dat het contact is verwaterd met de mensen van toen.”
Gullit jr. en Kluivert jr.
En dan ineens was daar AFC, de grootste en – na Ajax – bekendste club van Amsterdam. Het elegante Oud-Zuid. Maar, ook een club met veel tradities en enorme uitstaling. AFC-preses Machiel van der Woude maakte direct een paar stevige statements richting de ambitieuze Ten Bosch. ,,Ik mocht niemand meenemen, geen spelers. Maar, ik wilde persé Malcolm Esajas toevoegen aan mijn selectie.” ,,Nou vooruit, ééntje dan”, reageerde Van Der Woude. ,,Esajas heeft zich in al die jaren aardig bewezen, dacht ik zo. Ik had dat eigen voetbalschooltje. Er was wat getut over het contract, we kwamen er financieel niet goed uit.” ‘Doe dan ook maar onze E-top’, werd er geopperd door AFC. ,,Dat zijn de beste O12 jongens, in die tijd. Ik moest exclusief voor AFC gaan werken, dus met pijn in mijn hart en lood in de schoenen liet ik Breukelen varen. Ik was heel druk, want op vrijdagmiddag had ik bij AFC ook mijn voetbalschooltje gestald. De velden waren toch leeg. De zoon van Ruud Gullit, Maxim, had ik onder mijn hoede. Ruben Kluivert ook. Beide vaders waren ook regelmatig langs de lijn te vinden. We hadden echt heel veel plezier met elkaar in die E-top. Kinderen wilden allemaal bij mij komen trainen. Een vriend van mij regelde dat verder. Ad Westerhof heeft dat later bij AFC intern verder uitgebouwd, toen stroomden de velden vol op vrijdag. Ik heb mijn voetbalschooltje bij AFC in totaal 2-3 jaar gedaan. Een mooie tijd.” Het eerste jaar eindigde AFC 1 in de subtop, daarna volgde een promotie in de wedstrijd tegen FC Omniworld (Almere City FC, red.). ,,De kantine was te klein. René Froger trad op, alles kon. Echt waanzinnig.” Na enkele gouden jaren werd het minder op de Zuid-as, onder Ten Bosch.
Stoppelbaardje
,,In mijn vijfde jaar was er paniek. Op 1 april werd ik op non-actief gezet bij AFC, wat het ook moge betekenen. Klaar, over en uit.” Maarten Stekelenburg nam het roer van april tot eind mei over van Ten Bosch en vertrok daarna naar de KNVB. ,,Als je zo lang bij een grote club zit, waar altijd wat aan de hand is, dan wacht je soms dat lot. Het was mooi geweest. Ik heb het in al die jaren fantastisch naar mijn zin gehad. Bij mijn aanstelling had ik een stoppelbaardje laten staan. Van der Woude zei dat die baard er af moest bij AFC. Daarop volgde een kleine discussie, met typische humor over en weer. De stoppelbaard bleef uiteraard staan, haha. Toch heb ik nog wel even twijfel gehad om bij AFC te starten. Iedereen die daar vier wedstrijden verloor, stond bij wijze van spreken op de keien. De vervanger(s) liep(en) rond op de club. Af en toe gebeurden er ook heel flauwe dingen. Ik wilde graag op gras trainen, op het hoofdveld dat er geweldig bij lag. Dat vroeg ik dan netjes en officieel aan bij de facilitaire dienst. Bij aankomst op het sportpark bleek de sleutel kwijt te zijn, om aan het einde van de avond mysterieus weer op te duiken. Toch geen kwaad woord, ik heb een toptijd gehad en het heel goed afgemaakt. Nog altijd krijg ik een uitnodiging voor bijzondere gelegenheden. Dat is klasse.”
Nergens te groot voor
Na AFC blijft er weinig over voor Ten Bosch, zo leek het. ,,Veel grotere clubs waren wel geïnteresseerd. Toen ik weg ging bij AFC merkte ik dat iedereen mij kende. Ik voel(de) me oveigens nergens te groot voor, maar blijkbaar wordt er anders over gedacht. Ik ben op gesprek geweest bij VVSB. Het tweede gesprek was in een hotel in Noordwijk. Het bestuur was met zeven man vertegenwoordigd. We kwamen er samen niet helemaal uit, ik heb het uiteindelijk niet gedaan. Spijt? Ja, achteraf wel een beetje. Spijt is verstand dat te laat komt.”
Oude liefde roest niet. ,,Na AFC ging ik terug naar het warme Breukelen. Ik heb daar twee seizoenen op het trainsstoeltje gezeten. We promoveerden naar de eerste klasse. Echt, een ontzettend fijne vereniging met leuke mensen………….”
JOS/ Watergraafsmeer, met Cor ten Bosch aan het roer, speelt aanstaande woensdag 29/5 in Amsterdam tegen Staphorst, aanvang 20.00 uur. Zaterdag 1 juni volgt de return in Staphorst (14.30 uur). Inzet: een ticket naar de Derde divisie.
Deel drie met Cor ten Bosch volgt eind mei.