In de rust was er nog geen vuiltje aan de lucht, want de 3-1 voorsprong van OFC was feitelijk maar een zwakke afspiegeling van het krachtsverschil met laagvlieger Hollandia. De tweede helft zou dan ook een formaliteit moeten zijn. Vijfenveertig bizarre minuten later droop de thuisploeg echter beschaamd af. Door de wedstrijd alsnog met 3-5 aan Hollandia te laten, voegden de geelzwarten even onverwacht als onnodig een nieuwe nederlaag toe aan de schamele prestatiereeks in de beslissende fase van het seizoen. Zo werden er in de laatste vijf wedstrijden slecht twee punten binnengehaald. OFC-trainer Pieter Mulders realiseerde zich dat het kampioenschap nu definitief uit zicht is geraakt: “Negen punten achter op Gemert, dat is teveel. Wij moeten ons nu honderd procent focussen op de nacompetitie. Daarvoor is het zaak dat we weer in een flow komen, maar daar helpt de vertoning van vanmiddag ons natuurlijk niet bij. Om in het goede spoor terug te komen zullen wij ons echt moeten herpakken.”
Het is zeer de vraag of OFC voldoende tijd heeft om de zoveelste mentale dreun op rij te verstouwen. Sterker nog, het kan niet eens een vraag zijn, want aanstaande maandag doemt de volgende horde al op. Dongen uit, altijd lastig, maar in de situatie waaring OFC zich bevindt extra lastig.
Een halfuur na afloop kon Mulders nog niet aangeven waarom het in de tweede helft zo opzichtig mis was gegaan. Figuurlijk gesproken nog narokend van pure ergernis bracht hij wel onder woorden wát er in de speelwijze fout ging, overigens niet nadat hij eerst zijn team in de kleedkamer op de tekortkomingen had gewezen.
“Als ik het wist dan zou ik je dat nu zeggen. Het is voor mij onbegrijpelijk dat we het uit handen gaven. In de eerste helft speelden we sterk. Een voorsprong van 4-1 of 5-1 had de verhouding beslist recht gedaan. Hoe het dan kan dat wij zeker na de 3-2 zoveel ruimtes weggaven aan de tegenstander, ik kan er met mijn verstand niet bij. Steeds liepen er één of twee niet met hun man mee.”
De OFC-coach wilde zich nadrukkelijk niet verschuilen achter de golf van blessures die zijn selectie de afgelopen maanden teisterde. “De afgelopen periode speelde ons dat parten, dat klopt, maar vandaag stond er gewoon een sterk elftal. Er ontbraken nog maar twee geblesseerden, Rano Burger en Niels Butter (die in de tweede helft wel inviel, red).”
Achteraf gezien had de eerste Hoornse gelijkmaker, een paar minuten na de openingstreffer van topscorer Niels Springer, een wake-up call moeten zijn voor de geelzwarten. Want zonder in de hele eerste helft ook maar tot één serieuze aanvalsopzet te komen, wisten de bezoekers toch het net achter doelman Mike Grim te vinden. Met treffers van Darryl Bäly en opnieuw Niels Springer, de laatste dankzij de niet zelfzuchtige Joël Donald, dacht OFC de tegentreffer gereduceerd te hebben tot een onbeduidende voetnoot in de verder zo voorspoedig lopende wedstrijd.
De verdedigingslinie bestaande uit Denzel Prijor, Nino van den Heuvel en aanvoerder Darryl Bäly, werd pas na de hervatting op de proef gesteld. Eerst nog maar mondjesmaat, maar nadat Hollandia de aansluitingstreffer op het bord bracht (3-2) namen de tegenstoten snel toe. Opvallend was dat met name op de rechtervleugel Omar Nait Aicha zoveel ruimte kreeg dat hij een dijk van een invalbeurt speelde. In een mum van tijd was het erop en erover: van 3-2 naar 3-4. OFC was zichtbaar geknakt. De ploeg straalde geen enkele overtuiging meer uit, wat een bizarre tegenstelling vormde met het soevereine spel in het eerste bedrijf. De zoveelste bevlieging van Nait Aicha bezorgde OFC vijf minuten voor tijd de genadeklap. Niet voor het eerst in de wedstrijd liet hij een in de doelmond onthutsend vrij gelaten aanvaller het vonnis voltrekken.
Bekijk hier alle uitslagen en de stand in de Derde Divisie Zondag
Tekst en foto: Jakob Kos